h

VNG: CDA, PvdA en SP het kán in Schiedam

9 december 2006

VNG: CDA, PvdA en SP het kán in Schiedam

VNG-magazine • Leo Mudde • Vóór de Kamerverkiezingen van 22 november hield niemand serieus rekening met de mogelijkheid dat de kiezer CDA, PvdA en SP tot elkaar zou veroordelen. De inhoudelijke verschillen zijn groot en zelfs de best ingevoerde Binnenhof-watchers hebben hun twijfels over de ‘chemie’ tussen de drie leiders Balkenende, Bos en Marijnissen. En toch is het scenario dat leidt naar een kabinet van CDA-PvdA-SP vooralsnog het meest waarschijnlijke. Dat het kán, bewijst een stad als Schiedam.

Foto van het college uit VNG-magazine. Menno, Christine, Yorick en Maarten

Bij de gemeenteraadsverkiezingen van 7 maart won de PvdA in Schiedam zes zetels (van zeven naar dertien), de SP verdubbelde en ging van twee naar vijf. Het waren de enige partijen die winst boekten. De rest verloor – waaronder het CDA dat een zetel moest inleveren en er vijf overhield.

Ze zitten nu ruim een half jaar op het Schiedamse pluche en het bevalt prima, zeggen de wethouders Menno Siljee, Maarten Groene (beiden PvdA), Yorick Haan (SP) en Christine Daskalakis (CDA). Een jong college ook, gemiddeld 38 jaar. En dat is in Schiedam wel eens anders geweest. Zoals ook de stijl van besturen een andere was dan die de nieuwe coalitie predikt.

Maar even bij het begin beginnen: de uitslag van de gemeenteraadsverkiezingen.

Siljee: ‘Inzet van de PvdA was: een breed draagvlak. We hadden samen met de SP een meerderheid, achttien van de 35 zetels. Heel krap dus. We wilden het CDA of GroenLinks erbij. Uiteindelijk is het alleen het CDA geworden, de onderhandelingen met GroenLinks ketsten af op het aantal wethouders. En laten we eerlijk zijn: zowel CDA als GroenLinks had een zetel verloren, maar het CDA is wel de derde partij van Schiedam. Het was dus logisch om die erbij te houden.’

Wat de partijen in ieder geval wilden, was bestuurlijke rust. Groene: ‘Elk jaar in februari vertrok er in Schiedam wel een wethouder. Dat willen we niet meer, die periode van instabiliteit willen we achter ons laten.’

Parallellen
De parallellen met Den Haag zijn onmiskenbaar. Schiedam kende een centrum-rechtse coalitie, met CDA, VVD, Leefbaar Schiedam en Schiedam Lokaal – vergelijkbaar met het eerste kabinet-Balkenende. Ook uit de kabinetten-Balkenende viel nogal eens een minister weg. Net als bij de laatste Kamerverkiezingen won in Schiedam de SP en leden de coalitiepartijen verlies. En zoals de Kamer in haar nieuwe samenstelling in meerderheid ‘linksig’ is (Siljee: ‘Afhankelijk van waar je de ChristenUnie, de Partij voor de Dieren en D66 indeelt’), heeft ook de Schiedamse raad een linkse meerderheid. Het grote verschil is de positie van de PvdA. Die won in Schiedam en werd veruit de grootste partij, het verhaal van de sociaal-democraten bij de Kamerverkiezingen is bekend.

Ten slotte: zowel in Schiedam als bij de informatiebesprekingen in Den Haag is het het CDA dat een draai moet maken: van een centrum-rechts beleid naar een centrum-links beleid.

Christine Daskalakis was ook in het vorige college wethouder en vond in de raadsdebatten meer dan eens de PvdA en de SP tegenover haar. Toch was dat voor haar geen reden om niet met deze partijen in zee te gaan. ‘Het vorige college moest bezuinigen, dat kon niet anders. Maar ik had voor mezelf wel een ondergrens gesteld, zo van: tot hier wil ik het beleid verdedigen, als het nog verder gaat dan neem ik daar geen verantwoordelijkheid voor. Dat punt hebben we nooit bereikt, al scheelde het weinig.’

Gevoelsmatig
Het is die houding die Daskalakis’ CDA acceptabel maakte voor de PvdA en de SP. Yorick Haan: ‘In onze partij was weinig verzet tegen het beginnen van gesprekken met het CDA. De start was wat moeizaam, maar gedurende de formatie raakten we ervan overtuigd dat er goed zaken waren te doen. Het CDA deelt de opvatting dat we echt iets met de stad moeten doen, dat we veel moeten investeren in de wijken om de grote problemen waar steden als Schiedam mee kampen, goed aan te pakken.’

Verscheidene CDA’ers hadden wel moeite met de SP als coalitiepartner. ‘Maar dat was meer gevoelsmatig dan inhoudelijk’, zegt Daskalakis.

De wethouders ontkennen niet dat de partijen over bepaalde zaken van mening verschillen, maar dat is geen reden om niet samen te werken. Belangrijker vinden zij te kijken naar wat hen bindt. ‘Je moet niet alles willen dichtregelen, daar spreekt geen vertrouwen uit en je maakt het jezelf onnodig moeilijk’, zegt Menno Siljee. ‘Een college moet vooral een team zijn. De samenwerking in vorige colleges was ver te zoeken. Het waren allemaal aparte BV’tjes. Wij hebben daar goede afspraken over gemaakt.’

Na de voor de PvdA goede verkiezingsuitslag sprak formateur Maarten Groene met alle partijen. ‘Het lag direct al voor de hand dat de tweede partij, de SP, haar verantwoordelijkheid zou nemen. We hebben natuurlijk een linkse coalitie overwogen, met GroenLinks, maar vonden een breed draagvlak toch belangrijker. De VVD zei wel direct al: ‘Gaan jullie eerst maar die linkse variant proberen’ en haakte daarmee al af. Ik denk dat ze daar achteraf misschien wel spijt van hebben. Aan de andere kant: het was voor de tweede achtereenvolgende keer dat de VVD in Schiedam verloor, dus het was niet vanzelfsprekend dat zij opnieuw in het college zou komen.’

Draai
Wat op lokaal niveau kan, hoeft niet per se op het Binnenhof te lukken. De verschillen tussen CDA en SP zijn daar groter, denkt Haan. ‘En in Schiedam zijn de PvdA en de SP de twee grootste partijen, dat is ook een ander startpunt voor de onderhandelingen. In Den Haag zal de grootste partij, het CDA, een draai moeten maken. Dat is natuurlijk lastig.’

Daskalakis: ‘Waar een wil is, is een weg. Dat klinkt simpel, maar zo werkt het wel. Dat moet de basishouding zijn, en iedereen moet bereid zijn mee te bewegen en mee te buigen. Zo werkt het nu eenmaal bij een coalitievorming.’
Maar ook bij de kabinetsformatie kunnen persoonlijke verhoudingen de doorslag geven. ‘Als de leden van een nieuwe regeringsploeg niet met elkaar door een deur kunnen, dan zie ik het somber in’, zegt Siljee.

De Schiedamse wethouders hopen dat hun coalitie een Haagse vertaling krijgt. Een kabinet van CDA, PvdA en SP is zeker goed voor de grote steden, verwachten zij. ‘De laatste jaren is veel bezuinigd en de steden hebben dat sterker gevoeld dan het platteland, waar vaak nog extra potjes te vinden zijn in de vorm van Europese subsidies’, zegt Groene. Zijn partijgenoot Siljee: ‘Het CDA heeft zijn grootste aanhang op het platteland, de PvdA en de SP in de steden. Ook in dat opzicht kan deze combinatie dus voor een evenwichtig beleid zorgen.’

U bent hier